RECHTstreeks: Disculpatie
Kan de bestuurder onder bestuurdersaansprakelijkheid uitkomen, met andere woorden heeft hij disculpatiemogelijkheden. Hiervoor moeten wij zijn bij artikel 2:9 lid 2 BW. Dat luidt, dat een bestuurder aansprakelijk is voor onbehoorlijk bestuur tenzij hem mede gelet op de aan andere toebedeelde taken geen ernstig verwijt kan worden gemaakt en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen van onbehoorlijk bestuur af te wenden.
Een tweetrapsraket dus: allereerst moet de bestuurder aantonen dat hem geen ernstig verwijt gemaakt kan worden. Deze horde is al moeilijk te nemen. Voorbeelden zijn langdurige ziekte of in de statuten of de registers van de Kamer van Koophandel bekend gemaakte arbeidsverdeling. Daarmee is de bestuurder er echter nog niet want de tweede horde die hij moet nemen is dat hij alle maatregelen heeft genomen om het onbehoorlijk bestuur af te wenden.
De ultieme maatregel is ontslag te nemen. Tegenbewijs is dus erg lastig.
En décharge dan?
Décharge is het meestal automatisch genomen besluit van de AV om het beleid van het bestuur goed te keuren. Meestal is dat een hamerstuk bij het vaststellen van de jaarrekening. Let echter op met décharge. Décharge moet expliciet verleend worden; het goedkeuren van de jaarrekening op zich is conform artikel 2:210 lid 3 BW onvoldoende. Verder strekt décharge zich uitsluitend uit over feiten die op het moment van goedkeuring aan de AV bekend zijn. Zijn bepaalde zaken niet vermeld of komen die na het goedkeuringsbesluit pas op dan vallen die niet onder het déchargebesluit. Ook heeft het déchargebesluit slechts interne werking. Externe aansprakelijkheid wordt hiermede niet uitgesloten. Ten slotte legt de rechter décharge eng uit.
Er kan dan ook gesteld worden dat décharge weliswaar een goed middel is om bestuurdersaansprakelijkheid te beperken, maar niet volledig te ontgaan.
Dan nog kort iets over de schade. De schade die de bestuurder dient te vergoeden is die, die causaal volgt uit het feit dat tot bestuurdersaansprakelijkheid heeft geleid. Let wel op: het collectieve bestuur is hoofdelijk, dus ieder voor het geheel, aansprakelijk tenzij een individuele bestuurder zich kan disculperen. Wordt slechts één bestuurder aangesproken en betaalt hij de schade dan zijn ook de andere bestuurders daarvoor aansprakelijk. Stel er zijn drie bestuurders en één bestuurder heeft de hele schade voldaan dan kan hij twee-derde van zijn schade verhalen en wel door zijn beide medebestuurders ieder voor één derde van de schade aan te spreken.
Concluderen een geruststelling. Interne bestuurdersaansprakelijkheid komt in de praktijk zelden voor en de gevallen die ik heb meegemaakt zijn meestal zo duidelijk, dat de bestuurder die aansprakelijk wordt gesteld bij het plegen van het feit op zijn tien vingers had kunnen natellen dat zijn handelen of nalaten de vennootschap zozeer benadeelde dat hij hiervoor aansprakelijk zou kunnen worden gesteld. Vaak lijkt grenst het aan opzettelijk handelen.
De volgende keer gaan wij verder met de externe aansprakelijkheid.
Tot de volgende week,
Wim Vondenhoff
Advocaat
0 reacties